Oproep Hans Adriani: “Investeer nu in zorgzame leefgemeenschappen!”

10-08-2023

In aanloop naar de vervroegde Tweede Kamerverkiezing op 22 november maken de politieke partijen hun verkiezingsprogramma op. Als bestuurlijk aanjager Wonen Welzijn Zorg voor Ouderen richt Hans Adriani zich tot de verschillende politieke partijen. Hij roept op om in de programma’s in te gaan op het investeren in zorgzame leefgemeenschappen.

 

Nederland vergrijst. In 2040 zal het aantal 80+’ers ten opzichte van 2020 verdubbelen tot 1.600.000 mensen. Het aantal mensen met een vorm van dementie stijgt tot 600.000. De zorgbehoefte van mensen met een zwaardere en meervoudige zorgvraag neemt navenant toe. Dit is geen nieuw gegeven. We weten dit al heel lang. Maar het besef, dat we niet voldoende mensen in de zorg kunnen organiseren om de zorg te leveren zoals we dat tientallen jaren gewend zijn geweest, dringt zich op, net als het besef dat we daar nu actie op moeten ondernemen.

 

Nederland transformeert naar een meer zorgzame samenleving, waarin omzien naar elkaar (weer) gewoon wordt en professionele zorg aanvullend beschikbaar is voor iedereen die dat nodig heeft. Het ‘Generiek kompas voor kwaliteit van bestaan’, zoals dat op dit moment onder auspiciën van het Nederlands Zorginstituut door veldpartijen wordt ontwikkeld, speelt al op deze ontwikkeling in. Maar om te komen tot zo’n zorgzame samenleving moeten we de fysieke omgeving (woningen, leefomgeving) zo inrichten dat dit ook gefaciliteerd wordt. Er moet fors geïnvesteerd worden in welzijn en gemeenschapsvorming.

 

Onze aanbevelingen

Daarom doe ik als bestuurlijk aanjager van het Aanjaagteam Wonen Welzijn Zorg voor Ouderen de volgende aanbevelingen voor de verkiezingsprogramma's:

 

1. Continueer de inzet op toevoeging van 290.000 woningen voor ouderen tot 2031
Om te zorgen dat er voldoende geschikte woningen zijn voor ouderen die wonen met zorg moeten combineren, zijn 290.000 specifiek voor ouderen geschikte woningen nodig, waarvan 80.000 geclusterde woningen (met mogelijkheden voor ontmoeting), en 40.000 zorggeschikte, dementievriendelijke woningen. Deze kunnen gerealiseerd worden in nieuwbouw, maar ook door transformatie van bestaande wooncomplexen. Maatregelen om te nemen zijn:

  • Bestendiging en uitbreiding van de financiële regeling voor het dekken van de onrendabele meerkosten voor ontmoetingsruimten en zorggeschikte woningen;
  • Voer regie op de actuele woningbouwprogrammering bij gemeenten en provincies, om te zorgen dat er voldoende geclusterde en zorggeschikte woningen in de programmering zitten;
  • Stimuleer de realisatie van woongebouwen waar mensen zonder zorgvraag, met een lichte zorgvraag en met een zwaarder wordende zorgvraag samen kunnen wonen;
  • Geef zorgkantoren een rol bij de programmering van zorgzame leefgemeenschappen, zodat zij hun wettelijke zorgplicht kunnen blijven waarmaken;
  • Investeer in zorgzame woongemeenschappen, door goede ontmoetingsruimten (zoals samen koken en eten) en mogelijkheden om te investeren in community building.

 

2. Zet in op doorstroming én op kansen om langer zelfstandig thuis te wonen

Bouw je voor oud, dan bouw je nooit fout. Gericht bouwen en toewijzen voor ouderen leidt tot een twee keer langere verhuisketen dan ongerichte woningbouw. Tegelijkertijd zal verhuizen niet voor iedere oudere mogelijk of wenselijk zijn. Daarom moet ook langer blijven wonen in het huidige huis mogelijk zijn. Maatregelen om te nemen zijn:

  • Werk actief aan bewustwording bij (toekomstige) ouderen om na te denken over de vraag: Wie zorgt er straks waar voor mij?
  • Neem belemmeringen weg die een verhuizing in de weg staan: woonlastensprong, verhuis-gedoe, inzicht in mogelijkheden in een onoverzichtelijke woningmarkt;
  • Maak woningdelen, waarbij een oudere een deel van de woning kan verhuren aan een jongere, makkelijker. Denk daarbij ook aan het makkelijker maken van woningsplitsing.

 

3. Richt de financiering van zorg en welzijn op het bevorderen van zorgzame leefgemeenschappen, waar professionele zorg aanvullend en waar nodig coördinerend ingezet kan worden

Nog te vaak staan onze financieringssystemen zorgzame leefgemeenschappen in de weg. Zorgfinanciering moet er op gericht zijn dat de zorgprofessionals in staat zijn om aanvullend te zijn op het leven dat mensen leiden, en in samenwerking dat leven zo goed mogelijk te stutten. Maatregelen om te nemen zijn:

  • Maak de schotten tussen Wmo, Zvw, Wlz en welzijn zo zacht mogelijk, zodat gezamenlijke financiering van de zorgzame samenleving mogelijk wordt;
  • Maak mogelijk dat één zorginstelling gekoppeld wordt aan een woongebouw of -buurt;
  • Creëer een betaaltitel voor zorgcoördinatie en community building;
  • Maak duidelijk voor wie een plek in het verpleeghuis beschikbaar is;
  • Versterk de eerstelijn, waarin huisarts, specialist ouderengeneeskunde, wijkverpleging en anderen op woonzorgzone-niveau als een team kunnen samenwerken.

 

4. Maak domotica de standaard, standaardiseer domotica

Een zorggeschikte woning is meer dan brede deuren en ruime draaicirkels. Een zorgzame leefgemeenschap met aanvullende professionele zorg kan niet zonder goede domotica, zoals sensoren en hulp op afstand. Nog lang niet alle plannen voor zorggeschikte woningen voorzien in voldoende domotica. Maatregelen om te nemen zijn:

  • Stel domotica-voorbereiding in iedere geclusterde en zorggeschikte woning als eis, via de subsidieregeling of via het Bouwbesluit;
  • Organiseer standaardisering van domotica-toepassingen, zodat toepassing onafhankelijk van de zorginstelling wordt en de productie opgeschaald kan worden;
  • Investeer in de ontwikkeling van mobiele domotica-toepassingen, die ook in bestaande woningen eenvoudig aangebracht kunnen worden;
  • Stel heldere voorwaarden aan data-veiligheid bij de toepassing van domotica.

 

5. Zorg voor een toegankelijke openbare ruimte

Het aantal kwetsbare ouderen in wijken en buurten neemt toe. Dat vraagt ook om een toegankelijke openbare ruimte, waar ouderen veilig kunnen bewegen en waar mensen, ook met bijvoorbeeld dementie, de weg kunnen vinden. Maatregelen om te nemen zijn:

  • Ontwikkel standaarden voor veilige, dementievriendelijke openbare ruimten;
  • Stel gemeenten in staat om in woonzorggebieden te investeren in de omvorming van de openbare ruimte;
  • Richt het openbaar en aanvullend vervoer zo in, dat deze ook gebruikt kan worden door kwetsbare ouderen;
  • Stel richtlijnen op voor de nabijheid van voorzieningen bij wonen met zorg.

 

6. Doe het samen

Samenwerking tussen zorg, welzijn, ruimtelijke ordening, woningbouw, woningbeheer en openbare ruimte is taai. Inzetten op die samenwerking is geen project, maar een proces dat elke dag opnieuw aandacht vraagt. De (toekomstige) doelgroep moet een centrale plaats innemen in die samenwerking. Maatregelen om te nemen zijn:

  • Stem financiering en regelgeving in de verschillende domeinen op elkaar af;
  • Stel één bewindspersoon voor wonen, zorg en welzijn voor ouderen aan;
  • Geef de (toekomstige) doelgroep een formele positie bij het opstellen van woonzorgvisies, woningbouwprogramma’s en bij de ontwikkeling van concrete projecten.

 

En ondertussen…..

Nederland transformeert naar een meer zorgzame samenleving. Maar die is er nog niet. Bovenstaande maatregelen zijn nodig om die zorgzame samenleving van morgen te faciliteren. En ondertussen zijn er ook vandaag problemen die opgelost moeten worden. Want de wachtlijst voor een verpleeghuisplek wordt langer, en zorginstellingen komen in financiële problemen omdat de Normatieve Huisvestingscomponent (NHC) de stijgende kosten voor onderhoud, verduurzaming en rentestijgingen niet dekt. En als zorginstellingen hun handen vol hebben aan het oplossen van de tekorten van vandaag, is er geen ruimte om mee te werken aan de oplossingen van morgen. Maatregelen om te nemen zijn:

  • Zorg voor een zachte overgang van een systeem gebaseerd op intramurale zorg naar een samenleving met zorgzame leefgemeenschappen. Breng daarvoor in beeld welke aanvullende verpleeghuiscapaciteit op korte termijn noodzakelijk is in afwachting van de realisatie van voldoende geclusterde en zorggeschikte woningen, en biedt ruimte om die te realiseren;
  • Maak met zorginstellingen afspraken om de verpleeghuiscapaciteit te zijner tijd geleidelijk weer af te bouwen, als voldoende geïnvesteerd is in geclusterde en zorggeschikte woningen;
  • Laat de NHC de werkelijke kostenontwikkeling volgen, en maak zo nodig onderscheid tussen zorginstellingen met relatief veel ouder vastgoed en zorginstellingen met relatief veel nieuwer vastgoed.