Start met een heldere en prikkelende introductie
Niet iedere deelnemer beschikt over hetzelfde kennisniveau bij de start. Begin daarom met een korte uitleg van de kernprincipes van Van bod naar plot: een duidelijke doelstelling, een afgebakend geografisch gebied en betrokken partijen die vooraf geïnformeerd zijn. Daarnaast is het belangrijk om heldere afspraken te maken over de omgang met vertrouwelijke informatie, zodat er een open en veilige setting ontstaat.
Werk met een neutrale en deskundige gespreksleider
Een goede begeleider bewaakt het proces, zorgt voor balans in de inbreng en houdt het gesprek doelgericht. Idealiter is dit iemand die zowel het sociale als het ruimtelijke domein goed begrijpt.
Let op spraakverwarring tussen domeinen
Sociaal en ruimtelijk professionals gebruiken soms andere termen voor dezelfde zaken. Wees alert op deze verschillen, benoem ze en maak ze bespreekbaar. Een eenvoudige begrippenlijst of een korte toelichting vooraf voorkomt misverstanden en bevordert het wederzijdse begrip. Denk bijvoorbeeld aan definities van zorggeschikte woningen of Volledig Pakket Thuis (VPT). Maar ook een antwoord op de vraag: wat zijn nou eigenlijk sociale en middenhuur woningen?
Schets de context en inspireer met een voorbeeld
Breng het belang van ouderenhuisvesting tot leven door relevante data te delen over demografie, zorgvraag en woningvoorraad. Een inspirerend praktijkvoorbeeld – bijvoorbeeld een vernieuwend woonconcept waar de domeinen wonen, welzijn en zorg samenkomen – helpt om de blik te verruimen en mogelijkheden te verkennen. Neem hiervoor een kijkje op de inspiratiekaart voor voorbeelden.
Nodig ‘frisse blikken’ uit
Externe experts, zoals onderzoekers, ontwerpers of onafhankelijke adviseurs, kunnen het gesprek verrijken met nieuwe perspectieven en out-of-the-box ideeën. Denk bijvoorbeeld aan iemand van een kennisinstelling of architectenbureau die laat zien hoe je dementievriendelijk kunt ontwerpen of de nieuwste inzichten deelt over het gebruik van domotica.
Werk in twee rondes
Ronde 1: Boven de kaart hangen en breed ophalen
In de eerste ronde draait het om het breed ophalen van kansen ideeën en locaties. Werk vanuit een concrete vraag binnen een afgebakend gebied, zoals:
- “Wat zijn geschikte locaties voor ouderenhuisvesting binnen wijk A, op basis van loopafstand tot voorzieningen?”
- “Welke geplande nieuwbouwprojecten in dorp B zijn (potentieel) geschikt voor ouderen?”
- ‘’Welke wooncomplexen in buurt C met een groot aandeel ouderen zijn er en wat is nodig om deze complexen door te ontwikkelen naar vitale zorgzame gemeenschappen?’’
- ‘’Welk maatschappelijk vastgoed in gemeente D is te transformeren naar ouderenhuisvesting?’’
Laat alle ideeën toe, zonder te filteren. Door in kleine groepen te werken, benut je de aanwezige kennis en stimuleer je kruisbestuiving. Moedig deelnemers aan om ruim te denken en nog niet te focussen op beperkingen. In de eerste ronde mag je dromen!
Ronde 2 – Selecteren en prioriteren aan de hand van criteria
Bespreek en orden de verzamelde locaties uit ronde 1 op basis van vooraf gekozen criteria. Voorbeelden van criteria zijn:
- Meest kansrijk: bijvoorbeeld locaties in eigendom van een deelnemende partij.
- Meest geschikt: zoals plekken met goede bereikbaarheid en nabijheid van voorzieningen.
- Meest impactvol: locaties waar veel ouderenhuisvesting gerealiseerd kan worden.
Deze stap helpt om gezamenlijk richting te bepalen en keuzes te onderbouwen.
Werk eventueel in meerdere rondes
Afhankelijk van de omvang van de opgave en beschikbare tijd, kun je meerdere rondes organiseren. Bijvoorbeeld om verschillende gebieden te behandelen of om eerst bestaande bouw en daarna nieuwbouw te verkennen.
Sluit af met duidelijke actiepunten
Eindig de sessie met het benoemen van concrete vervolgstappen, zoals toegelicht in routekaart 3. Wie pakt wat op, en wanneer wordt de volgende stap gezet? Zo zorg je ervoor dat de sessie leidt tot vervolg en resultaat.